Vandaag zijn we in de klas bezig geweest met eten en drinken. Hoe gezond is het eigenlijk wat ik drink? Hoeveel suiker zit er in en hoe kunnen we daar achter komen?
We hebben verschillende drankjes (chocomel, melk, limonade, jus d’orange, groene ijsthee, water en cola) geproefd en voorspeld waarvan we dachten dat de minste/meeste suiker in zou zitten. Het minste en meeste waren we wel over uit, maar wat daar tussenin zat lag nog wel uit elkaar. Maar hoe konden we er nou achter komen waar het meeste suiker in zat? We zijn de etiketten op de pakken eens gaan bekijken, wat staat daar eigenlijk veel op en wat betekent dat dan allemaal? En hoe kunnen we het nou eigenlijk vergelijken?
We hebben uitgerekend hoeveel suikerklontjes in iedere beker drinken zat en schrokken daar best wel van, ook hadden we sommige dingen niet verwacht en vonden de kinderen het gek dat iets soms heel zoet smaakt terwijl er weinig suiker in zit en dat er in melk toch ook best wat suiker zit terwijl het niet zoet proeft. We hebben weer veel vragen gekregen voor onze vragenwand, maar hebben ook weer heel veel geleerd!
De kinderen hebben als huiswerk opdracht meegekregen om een aantal dagen bij te houden wat ze eten en drinken. Ze hebben hiervoor een schriftje mee naar huis. Ze mogen dit op hun eigen manier doen. Het schriftje mag ook steeds weer mee naar school, zodat ze op school ook hun ’logboek’ bij kunnen houden en we er daarna weer mee aan de slag kunnen.